Inspiratieblog: Werken met een breed thema

Meriël Bouwman is leerkracht op basisschool Sint Jan in Breezand en ambassadeur van Kleuteruniversiteit. Meriël werkt vanaf 2014 met kleuters. In deze blog vertelt ze over hoe zij werkt met brede thema’s.

Vorig jaar is onze school gestart met LIST (Lezen is Top): een methodiek voor technisch lezen. Dit is met name een traject voor de midden- en bovenbouw, die hun methode voor technisch lezen aan de kant hebben gelegd. Maar LIST biedt ook een methodiek voor kleutergroepen. Bij deze methodiek wordt er tijdens een thema vanuit boeken gewerkt. Dit was voor ons geen probleem, want dankzij de projecten van Kleuteruniversiteit zijn wij het gewend om vanuit boeken te werken. De grote verandering in de manier van werken is de benadering van een thema. LIST vraagt namelijk om een brede kijk op thema’s. Je kiest geen smal thema, zoals lente, maar een breed thema, zoals groeien.

Brede thema’s

Terwijl we eerder veel met eendimensionale thema’s werkten, zoals restaurant of lente, proberen we nu toe te werken naar multiperspectivische thema’s. Dat zijn thema’s die je vanuit meerdere kanten kunt bekijken. Als je bijvoorbeeld kiest voor het thema restaurant, dan denk je waarschijnlijk meteen aan verschillende soorten restaurants. Maar je denkt niet direct breder, zoals aan eten en drinken, gezond en ongezond eten, etc. Vanuit de methodiek van LIST word je gedwongen breder te denken en een overkoepelend thema te kiezen. Bijvoorbeeld het thema eet en drink smakelijk. Daarbij denk je aan eten en drinken in de breedste zin van het woord, en kun je ook denken aan de plekken wáár je kunt eten en drinken. Natuurlijk kan dit bij smallere thema’s ook wel, maar het gebeurt niet automatisch.

Waarom kiezen voor een breed thema?

We willen graag dat kinderen begrip opbouwen. Achtergrondkennis is belangrijk, maar begrip is nog belangrijker. Begrip is een stapje verder dan alleen kennis hebben van iets. Voor begrip zijn verbindingen in de hersenen nodig. Als je een thema vanuit meerdere perspectieven bekijkt en je meer onderwerpen aan bod stelt, kunnen kinderen deze verbindingen in de hersenen opbouwen. Je kunt kinderen er bewust van maken dat je thema niet helemaal losstaat, maar dat er verbindingen zijn. Ook de (prenten)boeken die ik tijdens een thema aanbied, staan met elkaar in verbinding.

Hoe gaat dit dan in de praktijk?

Je vraagt je misschien af of de LIST methodiek meer voorbereidingswerk met zich meebrengt. Hoe het er in de praktijk uitziet, leg ik uit aan de hand van het thema groeien.

Stappenplan voorbereiding thema

Stap 1: Bepalen van een breed thema
Wij kozen dit keer voor het thema groeien.

Stap 2: Brainstormen
We starten als leerkrachten met onze eigen brainstorm. Welke associaties hebben we allemaal bij dit thema? We noteren alles wat in ons opkomt. We ordenen onze associaties en bepalen welke essentiële richtingen we met ons thema op willen gaan.

Stap 3: Bepalen wat we de kinderen willen leren
We bepalen vanuit de essentiële richtingen wat we de kinderen willen leren binnen dit thema.

Stap 4: Boeken zoeken bij de essentiële richtingen
Nu bekijken we welke projecten van Kleuteruniversiteit we kunnen gebruiken. Wanneer we dit hebben gedaan, kiezen we met elkaar een aantal hoofdboeken die we gaan aanbieden in de klassen. Wij kiezen vaak voor twee á drie hoofdboeken per thema. Per klas kan het verschillen welke andere boeken er nog bij worden gekozen. We maken een mix van informatieve boeken, voorleesverhalen en prentenboeken.

Stap 5: Toevoegen van spel
De projecten van Kleuteruniversiteit helpen bij het toevoegen van spel, want in bijna elk project worden ideeën voor de hoeken gegeven.

We kiezen een startrichting die we op willen met het thema, maar we kijken ook waarmee de kinderen komen. Het aanbod sluiten we daar dan op aan. Nadat ik het thema in de klas heb geopend, brainstorm ik met de kinderen om te kijken wat er bij hen leeft.

Spel passend bij thema

Voor het thema groeien heb ik gekozen om te starten met het project De Groentetuin, passend bij het boek Rikki en de tuin van opa. De eerste weken van het thema stond dit boek centraal en hebben we met dit project gewerkt. Na de brainstorm en de startactiviteit van het project, koos ik samen met de kinderen wat we konden gaan spelen in de hoeken. Bij het thema groeien werd geopperd om echt iets te laten groeien in de zandtafel. De vraag was of het zou gaan werken, waarop de conclusie volgde dat we dit konden proberen. Ik zorgde voor aarde in de zandtafel en verschillende kinderen namen zaadjes en bloembollen mee die we konden planten. Ook voor de andere hoeken werden al snel plannen bedacht. Zo wilden de kinderen in de huishoek een groentetuin maken, net zoals in het boek van Rikki. Daarvoor hadden we groente en tuingereedschap nodig. Zo ontstaat er een spel dat past bij het thema én dat vanuit de kinderen komt.

Tijdsperiode

Wij trekken voor onze thema’s een langere periode uit, van vakantie tot vakantie. Dat houdt in dat ik na het uitvoeren van dit project nog tijd over heb om de andere richtingen binnen het thema aan te bieden. Op dat moment kijk ik waar de interesse van de groep ligt en waar ik bij kan aansluiten. In mijn groep lag die interesse bij het groeien van dieren. Zoals van rups tot vlinder en van kikkerdril tot kikker. Als we die keuze hebben gemaakt, kijk ik of ik nog een project erbij ga gebruiken of dat ik uit verschillende projecten en pakketten materiaal erbij pak. Het kan dus zo zijn dat ik een project niet van a tot z volg, maar dat ik meerdere projecten met elkaar combineer en eruit pak wat ik nodig heb.

Verbinding met boeken

Tijdens het thema zorg ik steeds voor verbinding met de boeken die we hebben gelezen. In het boek over Rikki wordt bijvoorbeeld uitgelegd dat je in de groentetuin bordjes moet neerzetten bij de plek waar je iets hebt gezaaid. Dit is dan weer een nieuwe spelimpuls voor in de hoek. De kinderen gaan aan de slag met het maken van naambordjes. Daarna heb ik ook een verhaal uit het boek Alle verhalen van Kikker en pad gelezen. Dit verhaal ging over de tuin. Hierin komt heel duidelijk naar voren dat Pad geduld moet hebben, omdat het na het zaaien van de zaadjes even duurt voordat er bloemen groeien. De kinderen leggen al snel zelf de link tussen het verhaal van Kikker en Pad en het wachten op de bloemen in onze zandtafel. ‘We moeten nog meer geduld hebben, ze groeien nog niet,’  hoor ik ook in het spel terugkomen.

Voorbeelden brede thema’s

Het bedenken van een breed thema kan wat oefening vergen. Het helpt je wellicht als ik alvast een aantal voorbeelden geef van brede thema’s, gecombineerd met projecten van Kleuteruniversiteit:

  • Het thema Kom erbij kun je bijvoorbeeld gebruiken bij de start van het schooljaar. Hierbij kun je je richten op vriendschap, bij elkaar horen, maar ook op verschillen tussen kinderen en over (gedrags)regels in een groep. Hierbij passen veel verschillende boeken en projecten bij, bijvoorbeeld het project Zoevende Zebra, maar ook Rikki en zijn vriendjes.
  • We vieren feest is een thema dat geschikt is voor de feestmaanden november en december. Hier passen dan natuurlijk de standaard thema’s als Sinterklaas en Kerst in. Maar je zou ook stil kunnen staan bij verschillende andere feesten. Een leuke invalshoek vind ik het boek en project Boer Boris wil geen feest. Daarin worden juist allemaal redenen bedacht om geen feest te vieren.
  • Wat een water is een thema waarbij je kunt denken aan al het verschillende water wat er is. De zee, de haven, de rivier, water in de waterleiding of in het zwembad. Zoals je ziet, kun je hiermee alle kanten op. Je zou ook nog kunnen denken aan het leven in het water, dan kun je bijvoorbeeld het project Onder water gebruiken.

Ik hoop dat je na het lezen van deze blog geïnspireerd bent geraakt om te gaan werken met brede thema’s. Heb je na het lezen van deze blog nog een vraag? Stel deze dan in de Facebookgroep Vrienden van Kleuteruniversiteit. Je kunt mij ook vinden op Instagram als @jufmeriel. Op Instagram neem ik je geregeld mee mijn groep in.