Hoera! We mogen weer gymmen!

Gymlessen. Kleuterleerkrachten geven ze allemaal… Het geven van gymles in de kleutergymzaal vraagt een goede voorbereiding; het bedenken van de invulling van de activiteiten, het klaarzetten van de materialen en het geven van de les. Lijkt het soms wel eens alsof de gymlessen vaak ‘hetzelfde zijn’ en je in een sleur terecht komt? Dan is deze blog iets voor jou! Kleuteruniversiteit ambassadeurs Manon Oostendien, leerkracht groep 1/2 op de Mauritsschool in Nieuwegein en Chantal Groeneveld, leerkracht groep 1/2 op OBS de Driemaster in Hardinxveld-Giessendam nemen je in deze blog mee en geven voorbeelden hoe je een goed en divers aanbod kunt verzorgen in de gymzaal, zonder dat je daarbij het gevoel hebt dat de ene les op de andere lijkt!

Gymrooster opstellen

Sinds 2023 ben je als school verplicht de kinderen minimaal twee uur per week gymles te geven. Tijdens de gymlessen probeer je alle bewegingsgebieden die het SLO voorschrijft aan te bieden. Zo ga je aan de slag met: balanceren, klimmen, zwaaien, over de kop gaan, springen, hardlopen, mikken, jongleren, doelspelen, tikspelen, stoeispelen en bewegen op muziek.

Nu denk je wellicht: maar even serieus .. Dit past toch niet allemaal in één les? Klopt, en dat hoeft ook niet. Bij Manon op school maken ze gebruik van een jaarplanning waarin de beweeggebieden worden verdeeld over het schooljaar. Zo kun je er voor zorgen dat alle onderdelen meerdere keren per jaar worden aangeboden en de doelen kunnen worden behaald.

Je kunt een jaarplanning hier downloaden! Zo kun jij zorgeloos alle beweeggebieden aanbieden. Deze jaarplanning kun je gedurende het gehele schooljaar inzetten. De periodes duren ongeveer 2 tot 3 weken, waarin je hetzelfde aanbod levert, om kinderen zich steeds verder te kunnen laten ontwikkelen. Je hebt tijd om de onderdelen te introduceren en vervolgens bij te stellen. Tussen elke periode zet je spel in of een lege zaal waarin je activiteiten uitvoert. Uiteraard kun je de activiteiten op andere momenten ook zeker herhalen. In deze jaarplanning vind je de bewegingsgebieden terug en geen activiteiten. Deze kun je vanuit de blog gebruiken. Veel succes!

Naast activiteiten die worden aangegeven op de jaarplanning kun je uiteraard ook aan de slag met allerlei andere uitdagende activiteiten. Soms is het voor een kind goed om te zorgen voor uitdaging of voor een andere uitvoering die hetzelfde doel aanbieden.

Inspiratie!

Bij verschillende beweeggebieden hebben we diverse activiteiten uitgewerkt die iedereen in de gymzaal kan uitvoeren. Deze materialen zijn vast (wellicht na wat zoekwerk) op elke school te vinden.

Balanceren

• Balanceren met obstakels: Zet diverse materialen op de balanceerbalk waar de kinderen overheen moeten. Of plaats de balanceerbalk scheef, zodat de kinderen omhoog moeten balanceren of naar beneden.
• Balanceren kan ook als warming up bij een toestellenles. Geef alle kinderen een pittenzakje en laat ze tussen de materialen door balanceren met het pittenzakje op een lichaamsdeel.

Klimmen

• Bergbeklimmen: Zet een ladder (of twee banken) schuin in het wandrek, waarbij je daarop twee matten vast maakt. Daarnaast zorg je voor een groot touw waar de kinderen zich aan de berg omhoog moeten ‘trekken’. Daarna kun je ervoor kiezen om ze weer rustig naar beneden te laten klimmen of dat ze via een andere route terug gaan. Je maakt het moeilijker door de berg steiler te maken.
• Bobbelbaan: Een bobbelbaan is een parcours waarbij er diverse beweeggebieden aan bod komen en waarbij klimmen centraal staat. Het idee is dat er allerlei obstakels achter elkaar neergezet worden, waar de kinderen overheen klimmen of onderdoor gaan.

  

  

Over de kop gaan:

• Koprollen: Op een schuine mat leren de kinderen vaak koprollen. Wanneer ze dit al kunnen, wordt het vaak saai. Draai de mat eens om en laat de kinderen bergopwaarts rollen.
• Zet de glijbaan op een lage stand aan het wandrek. Leg een mat op het onderste schuine gedeelte van de glijbaan. De kinderen klimmen eerst in het rek en rollen dan van de glijbaan (met jouw hulp) naar beneden.

Springen:

• Zet twee banken op elkaar en zet twee banken hier op elkaar tegen over. Maak deze vast met touwen voor de stevigheid. Tussen de twee stapels banken hang je touwtjes, waar de kinderen over heen moeten springen. Ze kunnen de banken vasthouden voor de stevigheid, om of zichzelf op te trekken.
• Wendsprong over de kast. Zet de kast op een lage stand en laat de kinderen hier middels een wendsprong overheen springen op een matje. Voor de uitdaging kun je een trampoline aan de ene kant zetten en de kast iets hoger maken.

Mikken:

• Heb je blikken? Neem deze eens mee naar de gymzaal. Of hang een groot doek met in het midden een gat op, waaronder het doel staat waar de bal in moet vallen.
• Boelen over hobbelige wegen: leg matten op de grond met daaronder een blok of plank. Het doel is om de bal over de hobbelige weg aan de andere kant te krijgen in het doel, bijvoorbeeld een hoepel.

Jongleren:

• Jongleren met doekjes is makkelijker dan jongleren met ballen. Het voordeel is dat de doekjes langzaam vallen, waardoor je meer tijd krijgt om de doekjes beet te pakken en weer op te gooien dan wanneer je ballen gebruikt.
• Ballon hooghouden met tennisracket: Ieder kind krijgt zijn eigen ballon en tennisracket. Het doel is om de ballon in de lucht te houden door te slaan met het tennisracket. Verstandig is om een afgebakend gebied aan te geven waarbinnen de kinderen mogen bewegen met de ballon en het tennisracket. Maak het moeilijker door ze over te laten spelen in tweetallen.

Doelspelen:

• Air hockey! Ga aan de slag met airhockey. Plaats twee banken aan de buitenkant van het spel op zijn kant; dit is de afrastering. Leg aan de open zijden twee matjes waar twee kinderen op zitten. Met een blokje proberen zij een tennisbal aan de overkant tussen de matjes door te krijgen. Zij proberen het te verdedigen met een blokje.
• Maak van hoepels een cirkel en laat in elke hoepel een kind plaatsnemen. Zet in het midden van de cirkel een pilon met daarbij een kind. De kinderen in de hoepels gooien de bal over en proberen met de bal de pilon om te gooien. Het kind dat bij de pilon staat probeert dit te voorkomen. Is het gelukt? Dan verdedigt een ander de pilon.

  

  

Stoeispelen:

• Knock your socks off: Ieder kind heeft sokken aan. De bedoeling is dat ze elkaars sokken proberen uit te trekken. Ze zorgen daarbij dat ze op de mat blijven met stoeien. Wie heeft als eerste de sokken van de ander gestolen?
• Piratenbal: Leg twee (of meer) matjes neer met daarop een pilon. Leg een tennisbal op de pilon. Op elk matje staan twee kinderen om de bal te beschermen. De andere kinderen (de piraten) proberen te bal te stelen. De kinderen op de mat willen dit voorkomen, dit mag door ze bij de schouders en bovenarmen vast te pakken. Zijn alle ballen veroverd? Dan worden er andere kinderen gekozen.

Ik hoop dat je de blog met plezier gelezen hebt en nu ook enthousiast aan de slag kunt met het organiseren van een les in de gymzaal. Je kunt ons volgen op instagram @juffie_manon en via @jufchantal__  Heb je nog vragen, stel ze dan gerust via de Facebookgroep ‘Vrienden van Kleuteruniversiteit’.