Inspiratieblog: Tips voor de gouden weken

Daniëlle Koch en Janneke van de Groes zijn beiden werkzaam in groep 1/2 en ambassadeurs van Kleuteruniversiteit. Ieder schooljaar starten ze met de gouden weken. Hoe ze dit aanpakken, vertellen ze je in deze blog.

Ieder jaar opnieuw verandert de samenstelling van de groep. Er gaan kinderen naar de volgende groep en er stromen nieuwe kinderen in. Het is belangrijk dat je aan het begin van het schooljaar werkt aan de groepsvorming van de klas. De periode waarin een positieve groep wordt gevormd, wordt vaak de gouden weken genoemd. In de gouden weken staan kennismaking, vertrouwen en een positief groepsklimaat centraal. Deze groepsvorming gebeurt in verschillende fasen.

De fasen van groepsvorming zijn volgens Tuckman:

  • Forming: in deze fase gaat het om oriënteren. De kinderen hebben elkaar lang niet gezien. Er zijn kinderen uit de klas gegaan en bijgekomen. In deze fase tasten ze af.
  • Storming: in deze fase gaat het om Een onrustige fase waarbij de kinderen elkaars grenzen opzoeken en zo de rangorde wordt bepaald. Wie presenteert zich als leider en wie volgt?
  • Norming: in deze fase gaat het om normeren. De regels en normen worden met de groep bepaald. Hierin worden bepaalde omgangsvormen gekozen.
  • Performing: in deze fase gaat het om presteren. Een gezamenlijk doel en de omgangsvormen worden in de praktijk gebracht.
  • Termination: het einde van het schooljaar is nabij, de groep gaat afscheid nemen van elkaar.

Elke groep, jong of oud, maakt deze fasen door. De ene groep doet dit sneller dan de andere, maar gemiddeld heeft een groep 4 tot 6 weken nodig om zich te vormen. Tijdens de gouden weken wordt de nadruk gelegd op de fases forming (oriënteren) en norming (normeren). In deze weken staan positieve groepsregels centraal, maar ook coöperatieve werkvormen en het voorbeeldgedrag van de leerkracht.

Positieve gedragsregels
Samen met de groep stel je positieve gedragsregels op. Stel maximaal vijf regels op en gebruik ze als middel, niet als doel. Denk hierbij aan regels voor het wisselen van lessen, het gebruik van materialen en het uitvoeren van opdrachten. Laat in de regels het woord niet weg zodat kinderen weten hoe het juist wel moet. Bijvoorbeeld ‘wij luisteren naar elkaar tijdens een kringactiviteit’ in plaats van ‘wij praten niet door elkaar in de kring’.

Doordat in een kleutergroep de kinderen in de ontwikkelingsfase van egocentrisme zitten, is er van echte groepsregels vaak nog geen sprake. De kinderen hebben nog weinig inlevingsvermogen. Daarom is het bij jonge kinderen belangrijk om in te zetten op individuele regels. Hierbij kun je beter een prentenboek gebruiken dan een kaal kringgesprek. We komen verder in deze blog terug op welke boeken je hiervoor kunt gebruiken.

Energizers
Energizers zijn activiteiten die energie losmaken in de groep door het speelse karakter. Tijdens de gouden weken zijn energizers niet zomaar bewegingstussendoortjes om energie te creëren. Het is belangrijk om een leerdoel aan de activiteit te koppelen. Benoem dit leerdoel vooraf, zodat je het achteraf kan evalueren met de groep.

Leerdoelen van energizers liggen op het gebied van luisteren naar elkaar, samenwerking, kennismaken en vertrouwen.

Coöperatieve werkvormen
Tijdens coöperatieve werkvormen staat samenwerken centraal, waarbij kinderen leren van interactie met elkaar en niet alleen van interactie met de leerkracht. Kinderen worden uitgedaagd om elkaar te helpen, initiatief te nemen en samen problemen op te lossen. Net als bij de energizers is het belangrijk om het doel van te voren te benoemen en achteraf te bespreken.

Voorbeeldgedrag van de leerkracht
Het voorbeeldgedrag van de leraar is erg belangrijk. Als leerkracht moet je bewust en actief als rolmodel functioneren. Welke afspraken je met de kinderen over regels maakt doe jij als leerkracht ook. Is de regel ‘we praten op een rustige toon met elkaar’, dan doe jij dit ook met collega’s. Kinderen, jong of oud, kijken tegen je op en kopiëren jouw gedrag. Het goede voorbeeld is het halve werk.

Een uitspraak van de gouden weken is sfeer eerst, leren later. Kinderen in een veilige klas die plezier op school hebben, leidt tot betere resultaten. Daarom is het belangrijk om de eerste weken van het schooljaar aan de slag te gaan met de gouden weken. Zodat kinderen kunnen wennen aan elkaar en aan de leerkracht, zodat ze zich veilig gaan voelen in de klas en zich kunnen ontplooien.

Er zijn meerdere projecten van Kleuteruniversiteit die ingezet kunnen worden tijdens deze gouden weken. Wij lichten twee projecten uit: Het kleurenmonster en Een nieuw schooljaar pakket 6.

Bij het eerste project hoort het boek Het kleurenmonster. Hierin staan de gevoelens centraal. Het kleurenmonster is in de war en de gevoelens worden aan de hand van kleuren uitgelegd en gesorteerd in potjes. Elk gevoel heeft een andere kleur. In het project is bij elk gevoel een passende les beschreven. De lessen zijn losse kringen die je op elk willekeurig moment kunt inzetten. Dit is erg praktisch tijdens de gouden weken. Wanneer je tijd over hebt of wanneer de groep het nodig heeft, kun je eenvoudig een les uit het project inzetten. Daarbij biedt het project verschillende mogelijkheden zoals gesprekken voeren, groepsvorming en samenspel. Voor samenspel is het kleurenmonsterspelbord perfect. Bij dit spel spelen de kinderen in kleine groepjes samen het bordspel. Door samen te spelen, leren de kinderen elkaar beter kennen, bouwen ze een band op en oefenen ze met spelregels. Wanneer ben je aan de beurt? Wanneer heb je gewonnen of verloren? Is het erg om te verliezen? Enzovoort.

Als aanvulling op het boek en het project kun je de kinderen hun gevoelens aan het begin, tijdens en aan het eind van de dag kenbaar laten maken. Daniëlle heeft hiervoor gevoelenspotjes in haar klas staan. In deze potjes stoppen de kinderen een balletje met de kleur van hun gevoel. Tijdens de gouden weken staat het project centraal en wordt er veel aandacht besteed aan de gevoelens en de kleuren. Na de gouden weken blijven de potjes ingezet worden tijdens de dagopening.

Het kleurenmonster heeft ook een tweede boek, namelijk Het kleurenmonster gaat naar school. Bij dit boek past het project Een nieuw schooljaar pakket 6. In het boek gaat het kleurenmonster voor het eerst naar school. Er wordt zonder al te veel tekst duidelijk gemaakt hoe het is om naar school te gaan. Voor het kleurenmonster is het de eerste keer dat hij naar school gaat; dit geeft de kleuters veel herkenning. Het kleurenmonster beleeft van alles tijdens zijn schooldag. De activiteiten die hij beleeft zijn allemaal vertaald naar een les die jij kunt uitvoeren in jouw klas. Naast de lessen die aansluiten bij de kernwaarden van de gouden weken, staan er ook vijf groepsvormende activiteiten in die je kunt inzetten als tussendoortje of als energizer.

Naast de projecten bieden wij de kinderen ook werkvormen aan waarbij kennismaking, vertrouwen in elkaar, gevoelens uiten en groepsregels speels worden aangeboden. Wij benoemen een aantal van onze favoriete activiteiten.

De materialenbingo
Maak van een aantal materialen in de klas foto’s en maak hiervan een bingokaart. De kinderen krijgen in tweetallen een bingokaart. Met deze kaart lopen ze door de klas op zoek naar de materialen op hun kaart. Hebben ze een van de materialen gevonden, dan strepen ze dit door. Alles gevonden? Dan heb je BINGO!

Het spinnenweb
Laat de kinderen in een kring zitten of staan en pak een grote bol wol. Start bij een kind en geef dit kind een stuk van de bol wol. Laat het kind iets over zichzelf vertellen. Dit kan in een van de eerste dagen ook de naam van het kind zijn. Vertel de kinderen dat ze hun stukje wol niet los mogen laten. Loop vervolgens naar een ander kind en geef ook dit kind weer een stuk wol. Zorg dat het touw altijd op spanning staat. Loop van de ene leerling naar de andere, steek de kring over en maak een spinnenweb. Zorg dat elk kind zijn stukje touw vasthoudt. Samen vorm je een spinnenweb. Aan het einde kun je de kinderen laten zien dat de groep een geheel is en dat je samen het spinnenweb van de klas vormt.

Hoepel door de kring
De kinderen staan in een kring en houden elkaar handen vast. Jij staat ook in de kring en steekt een hand door de hoepel. Vervolgens pak je de handen van de kinderen naast je vast. Samen met de kinderen laat je de hoepel door de kring gaan, zonder de handen los te laten. Lukt het de groep om deze activiteit succesvol te laten slagen?

De bloemen en de cactus
De kinderen zitten in de kring of op hun stoel. Een of twee kinderen gaan naar de gang. De leerkracht wijst één of meerdere cactussen aan, De overige kinderen zijn bloemen. De kinderen van de gang komen terug de klas in. Ze gaan bij de kinderen op schoot zitten. Zit de leerling van de gang bij een kind dat een bloem is, dan wrijft het kind in een ronddraaiend beweging over de rug. Zit de leerling van de gang bij een kind dat een cactus is, dan tikt het kind met prikkende bewegingen over op de rug. Wanneer de kinderen van de gang de cactus(sen) gevonden hebben, is het spel voorbij.

Meer op Kleuteruniversiteit.nl
Er zijn nog meer Kleuteruniversiteit projecten die prima ingezet kunnen worden tijdens de gouden weken. Kijk hiervoor in de winkel van Kleuteruniversiteit bij de categorie sociaal-emotioneel.

Ga met de gouden weken aan de slag! Geef het de tijd en de ruimte en je zult het hele jaar profijt hebben van deze inspanning. Gedragsverandering kost tijd. Wat je aandacht geeft groeit. Daarom is het belangrijk om succesmomenten en andere positieve dingen te benadrukken. Hierbij is regelmaat en herhaling van gewenst gedrag belangrijk. Dan is de kans het grootst dat het vormt. Wij wensen iedereen een heel fijn nieuw schooljaar!

Mochten jullie nog vragen hebben of heb jij nog tips voor de gouden weken? Ga dan naar onze Facebookgroep Vrienden van Kleuteruniversiteit. Je kunt ons ook volgen op Instagram: @kleuterjuf_janneke en @lessen_met_fien.