De wereld van jonge kinderen zit vol met fantasie; alles kan in hun beleving. Het kleurenmonster uit dat mooie prentenboek bestaat echt en als de leerkracht een spook nadoet, kan een kind ineens bang worden. Dit komt door magisch denken. Hoe ga je daarmee om als leerkracht en hoe zet je deze gave van jonge kinderen in in je onderwijs?
Arina werkt op IKC De Brink in Zwijndrecht en heeft een groep 2-3. Ester werkt op de Bosbergschool in Hollandsche Rading en heeft een groep 1-2-3.In deze blog nemen zij je mee in het magisch denken van jonge kinderen.
Wat is magisch denken?
Voor jonge kinderen lopen herinneringen, fantasie en de werkelijkheid door elkaar heen. Het denkvermogen van het jonge kind is nog niet zo ver ontwikkeld dat het kind fantasie en werkelijkheid altijd goed kan onderscheiden. Hun manier van denken is nog niet gebonden aan de regels van de realiteit en dus is alles nog mogelijk. Dit noem je magisch denken. Het kind snapt nog niet alle dingen die om hem of haar heen gebeuren en weet nog niet goed hoe de wereld in elkaar steekt. Zijn of haar fantasie helpt hierbij en verzint hiervoor oplossingen. De dingen die een kind niet begrijpt worden hiermee aangevuld. Het jonge kind denkt ook dat hij met zijn of haar gedachten gebeurtenissen kan beïnvloeden. Dat wat hij denkt, gebeurt in de ogen van het kind ook echt.
Ester: Tijdens het project ‘kabouters’ vonden we een deurtje in de gang. Er was een kabouter komen wonen. We vonden sporen en de kinderen bedachten allerlei plannen om hem te vangen of te zien. De kinderen lieten m&m’s voor hem achter in de gang (die de kabouter ook braaf opat) en heel soms kregen we ook een briefje van hem. Uiteindelijk is hij verhuisd naar het bos. We zijn nog even bij hem op bezoek geweest, maar hij was helaas niet thuis. In de weken daarna kwamen er nog dikwijls kinderen vertellen dat ze tijdens het wandelen in het bos de kabouter nog waren tegengekomen of even bij zijn huisje waren wezen kijken.
De fase van magisch denken
Magisch denken is een fase in de ontwikkeling van een 2- tot 6 jarige. In de leeftijdsfase van 3-6 jaar valt dit enorm op en vanaf ongeveer 6 jaar krijgt een kind echt door wat wel of niet kan. Het kind leert steeds meer over de wereld om zich heen en begint meer verbanden te leggen die kloppen. De fase van magisch denken is een belangrijke stap in de ontwikkeling van het kind. Het helpt om tot fantasiespel te komen. Fantasiespel is zeer leerzaam; het kind leert zich in te beelden in iemand of iets anders. Daarnaast is het een speelse manier om nieuwe dingen te ontdekken en te leren over dagelijkse bezigheden.
Ester: Nu ik ook een combinatiegroep heb met groep 3 erbij, is het mooi om ook die overgang van het magisch denken naar het meer realistisch denken mee te maken. Dit zie je ook vaak aan het eind van groep 2 gebeuren. Dat kinderen ineens gaan twijfelen of dingen wel echt kunnen. Dan hoor ik dingen als: “Juf, tante Truus was weer in de klas op bezoek! Maar ik weet wel dat jij dat was hoor. Toch?” Mijn antwoord hierop is dan meestal: “Wat denk jij?” Ook wanneer kinderen bijvoorbeeld vragen stellen als “Bestaan er echt eenhoorns?” Beantwoord ik dat met: “Ik weet het niet, ik heb er nog nooit een gezien, maar het lijkt me wel tof!” Of “Ik weet het niet maar Emma vertelde dat ze er één zag, vraag het eens aan haar”. Op die manier leren de kinderen voor zichzelf nadenken zonder dat je de magie hoeft te verbreken. Het bedenken van hun eigen scenario of uitleg van een situatie geeft een kind het gevoel van zelfvertrouwen en controle.
Magisch denken en angsten
Dit magisch denken kan ook voor angst zorgen. Voor jonge kinderen zijn deze angsten echt. Het is belangrijk om deze angsten serieus te nemen en niet te ontkennen. Op een rustige manier erover praten zonder de angst te benadrukken kan het kind helpen. Ga samen op jacht naar het monster en verjaag deze rustig. Na verloop van tijd zal het kind het ook alleen durven en neemt de angst af.
Als volwassenen is het ook belangrijk om je goed te verplaatsen in de angst van het kind en hierdoor te achterhalen wat hem angstig maakt.
Denk ook goed na over wat je zegt; een jong kind neemt veel letterlijk. Beeldspraak en ironie kunnen zij soms nog niet begrijpen. Als jij zegt dat je de klas ondersteboven gaat keren om een kwijtgeraakt puzzelstuk te vinden, kan een kind hiervan schrikken.
Magisch denken en Kleuteruniversiteit
Belangrijk is om fantasiespel te stimuleren en dit gegeven wordt ingezet in de projecten van Kleuteruniversiteit zowel in de activiteiten als in hoeken.
Het startpunt van een project is bijvoorbeeld regelmatig een brief van één van de hoofdpersonen uit een prentenboek. Er is een probleem en diegene heeft de hulp van de kinderen in de klas nodig om het probleem op te lossen. Voor de kinderen is dit echt een serieuze zaak. Er is dan ook vaak heuse opluchting als aan het eind van het project alles is opgelost door het harde werken en de goede ideeën van de kinderen.
Door het magisch denken van kleuters in te zetten bij het uitvoeren van de projecten, gaat het nog meer leven voor de kinderen. Kleuters beleven de wereld die je bedenkt dan ook echt. In de projecten van Kleuteruniversiteit wordt vaak een mooie aanzet gegeven of worden suggesties gedaan waarmee je het magisch denken kunt activeren. Daarna kun je dit natuurlijk zo ver uitbreiden als passend is voor jouw groep.
Ester: Tijdens de corona periode moesten we online lesgeven. Ik voerde met mijn groep het project ‘Bijzondere dieren’ uit. Dagelijks maakte ik een filmpje voor de kinderen waarin ik als Frank Vink een probleem aandroeg. Het enige dat ik deed was een hoed opzetten en een verrekijker om mijn nek hangen. Stemmetje erbij en voor de kinderen is het dan echt een filmpje van de natuuronderzoeker! Kinderen gingen mij er zelfs over vertellen wat ze nu toch weer voor opdracht kregen van Frank!
Magisch denken gaat voor kleuters vanzelf. Zaken die ze nog niet begrijpen of niet kunnen beredeneren vullen ze in met hun eigen oplossingen. Dit helpt hen om de wereld te begrijpen en verklaren. We hoeven dus geen echte moeite te doen om een wereld te creëren, deze bezitten kleuters al vanuit zichzelf. We kunnen als leerkracht natuurlijk wel de ruimte geven om tot mooi fantasiespel te komen door de materialen die we aanbieden in de hoeken en ook de rode draad in de projecten van kleuteruniversiteit biedt kinderen de mogelijkheid om in de wereld van het thema te spelen.
Ester: We voerden in de groep het project ‘dinosaurussen’ uit. Het startpunt daarvan was een groot ei dat we buiten hadden gevonden. We legden het warm in een nest en na een paar dagen lag er in de ochtend een gebroken ei. Geen spoor van de dino. Tijdens het project hebben de kinderen hem echt gezien, gehoord, sporen gevonden en wisten ze aan het eind zeker dat hij was opgehaald door zijn moeder dino.
Magisch denken stimuleren
Er zijn ook kinderen die hulp nodig hebben om het magisch denken te stimuleren. Wellicht durven ze hun gedachten niet te delen met een ander. Het kan zijn dat de omgeving minder positief gereageerd heeft op hun fantasie. Het kind kan ook als het wat ouder is en de werkelijkheid wat duidelijker wordt voor het kind, denken dat het magisch denken wellicht niet goed is. Om kinderen te helpen bij het uiten van hun fantasie zou het aanbieden van een visuele stimulans het kind kunnen helpen. Door het kind een afbeelding te laten kiezen en het kind vrij te laten in wat hij met de afbeelding mag doen, wordt de fantasie gestimuleerd. Gaat het kind de afbeelding gebruiken om zich te verkleden, knutselen, tekenen, bouwen of spelen? Door de opdracht open te houden kunnen de afbeeldingen voor verschillende doelen ingezet worden.
Bij deze blog is een download toegevoegd met enkele suggesties om het magische denken te stimuleren.
Mocht je mooie momenten van magisch denken tegenkomen, deel dan vooral een foto in de Facebookgroep Vrienden van Kleuteruniversiteit. En bedenk: we kunnen allemaal wel een vleugje fantasie gebruiken. Wil je meer van het werken met jonge kinderen zien, volg ons dan op Instagram: @jufesterklaver en @juf_arina.